Westerse mensen begrijpen het vaak niet als Indonesiërs zeggen dat bepaalde mensen heel hard op elkaar lijken en ze deze moeilijk uit elkaar kunnen houden terwijl voor ons de verschillen duidelijk zijn. Denk maar aan een andere haarkleur, of een verschil in lengte. Iemand die rood haar heeft kunnen we makkelijk onderscheiden van iemand die zwart haar heeft bijvoorbeeld.
Zo was ik eens op weg naar Indonesië, ik nam zaterdag het vliegtuig in België en kwam zondag aan. Elke zaterdagavond is er live muziek waar het hele dorp naar uitkijkt. Het is de hoogdag van de week omdat zondag de enige vrijde dag is. De gidsen zijn teleurgesteld als ze die avond in de jungle zitten en proberen dit dan ook te vermijden. Tijdens die avond, terwijl ik me dus ergens boven de Indische oceaan bevond, was er een vrouw waarvan vele mensen dachten dat ik het was. Sardi was al enorm opgetogen tot hij besefte dat ik het helemaal niet kon zijn. Verscheidene mensen vertelden me op zondag en de komende dagen dat ze me zaterdag gezien hadden. Ik was heel benieuwd om deze mysterieuze vrouw te zien, de vrouw die zo hard op mij leek.
Een paar dagen later, kwam ze voorbij ons guesthouse en we werden aan elkaar voorgesteld. Geen één van ons twee begreep de verwarring. Alle Westerlingen die aanwezig waren, waren het erover eens dat we helemaal niet op elkaar leken.
Haar haar was donkerder dan mijn haar, ze was groter dan ik en de vorm van ons gezicht leek in onze ogen helemaal anders.
Ik begreep het vaak niet wanneer Sardi me erop wees dat twee mensen precies familie waren. Tot een vriendin van mij met een mogelijke oplossing kwam. We staafden de theorie bij een paar Indonesiërs en het bleek dat ze de nagel op de kop geslagen had.
Wij zijn het gewoon om mensen te onderscheiden op basis van bijvoorbeeld haarkleur, kleur van ogen, een duidelijk verschil in lengte. Maar alle Indonesiërs hebben zwart haar, ongeveer dezelfde kleur van ogen en ook in lengte is er niet veel verschil. Dus zij hebben van jongs af aan leren onderscheiden op veel subtielere manieren – althans in mijn ogen – dan dat wij gewend zijn. Zij kijken naar de vorm van het gezicht, de vorm van de ogen en de neus en de lichaamsbouw. Sardi had die andere vrouw alleen maar langs achteren gezien, dus hij had zich gebaseerd op onze lichaamsbouw.
Zo zijn er nog heel wat meer cultuurverschillen gebaseerd op het uiterlijk. In Indonesië zijn ze heel direct met hun opmerkingen over gewicht. Als iemand is bijgekomen, zullen ze dat onmiddellijk zeggen. Zij vinden dat een teken van succes. Voor ons is het een heel ander verhaal en is het enorm kwetsend. Sardi heeft ondertussen geleerd om nooit opmerkingen te maken over het gewicht van een toerist, maar bijna iedereen in het dorp doet het. Alhoewel Sardi snel de mond snoert van iedereen die me erop wil wijzen dat ik een aantal kilo’s ben bijgekomen, ben ik het ondertussen al gewend en trek ik het me niet zo aan. Maar heel makkelijk is dat natuurlijk niet.
Ze blijven beweren dat het echt oké is om hierover opmerkingen te maken want het is voor hen een goed teken als je bent bijgekomen.
Maar ik heb genoeg verhalen om dit te ontkrachten. Wanneer Sardi de eerste keer terug in Indonesië was na drie maanden in België te verblijven, vond hij het vreselijk dat iedereen zei dat hij dik geworden was. Toen we in Maleisië waren en zijn nicht ontmoetten, zei Sardi tegen haar dat ze goed was bijgekomen. Ze lachte het weg, maar wanneer ze later foto’s trok, bleef ze zeggen dat ze de dikste was van de groep en vroeg ze hoeveel ik woog om te kunnen vergelijken.
Dus ik geloof er niet veel van dat iedereen dit zo oké vindt. Wat ik niet goed begrijp is, dat als ze het er zelf zo moeilijk mee hebben om opmerkingen te krijgen over hun lichaam – alhoewel ze dit niet willen toegeven – waarom ze het dan ook doen bij anderen. En daarom eindig ik deze blogpost met een cliché die toch veel waarheid in pacht heeft.